Na Anelka komt Drogba, dan de wereld (2/2)

Ontwakende BRIC-landen De transfersoap rond Didier Drogba is gekend. De Ivoriaanse spits had de clubs voor het uitkiezen en verkoos in eerste instantie een verblijf in Europa. De veteraan stond onder de belangstelling van QPR, maar uiteindelijk werd het dezelfde club als Anelka. Waar in Europa zelfs de topclubs -zij het die zonder suikeroom- gedwongen zijn om creatief te zijn met versterkingen, zie de terugkeer van Henry en Scholes bij respectievelijk Arsenal en Man Utd, zijn de mogelijkheden van de BRIC-landen (Brazilië, Rusland, India, China) legio. Een voorbeeld is de Braziliaanse competitie. Santos is niet meer gedwongen zijn sterren Neymar en Ganso voor een appel en een ei af te staan aan de eerste de beste Europese subtopper.

Zijn er dan nog bekende voetballers momenteel actief in China? Niet veel, maar er zijn er wel. Anderlecht-killer Cleo bijvoorbeeld. Zijn huidige club Partizan Belgrado leent hem een jaar uit aan Guangzhou Yiyao, dat ook een optie tot aankoop in het contract opnam. Modeste M’bami, Kameroenees international en ex-Marseille en PSG, speelt nu voor Changchun Yatai. Ex-Lazio speler Fabio Firmani speelt bij Shaanxi Chanba. Voor de rest is nog een handvol tweederangs Brazilianen actief in de Super League.

Trotse Chinezen
Trots op hun nationale elftal zijn Chinezen allerminst. Enkel in 2002 kon het land zich kwalificeren voor het WK. Daarna ging het, ondanks het aanstellen van verschillende buitenlandse bondscoaches, steeds meer bergaf. Chinezen houden weldegelijk van voetbal, ze zijn gek op de Premier League en vooral op het gokken op wedstrijden. Dat laatste weten we in ons land maar al te goed. Ons land was op de eerste rij getuige hoe de Chinese gokmaffia het voetbal kan domineren. In China is omkoping in het voetbal altijd normaal geweest en automatisch ook een van de hoofdoorzaken waarom een land met meer dan 1 miljard inwoners en immense stadions (nog) geen groot voetballand is geworden. De Chinese regering is echter bezig met een grootschalige opruimactie van het recente omkoopschandaal . Niemand wordt ontzien door de autoriteiten: bobo’s, spelers, trainers en scheidsrechters met vuile handjes worden stevig aangepakt . Bovendien is de overheid een anti-corruptie campagne begonnen die de Super League nog meer moet doen openbloeien en diens geloofwaardigheid en bijkomende sponsors moet doen toenemen.

Een andere oorzaak voor de zwakte van het nationale spelersmateriaal ligt bij de eenkindpolitiek die de Chinese overheid eind jaren ’70 in het leven riep. De meeste Chinese ouders mogen slechts één kind krijgen en doorgaans worden deze kinderen aangemoedigd om ambtenaar te worden. Bovendien staat voetbal lager aangeschreven dan een maatschappelijke functie. Terwijl Japan en Zuid-Korea zijn uitgegroeid tot gerespecteerde voetbalnaties, is China nog een slapende reus. De Chinese voetbalbond werkt samen met de overheid om die reus wakker te krijgen. De bond heeft hiervoor een samenwerkingsverband gesloten met de Nederlandse topclub Ajax. De Amsterdamse club beschikt over een gerenommeerde jeugdopleiding en levert knowhow aan de voetbalbond. In ruil kan Ajax in de toekomst rekenen op de komst van een eventueel Chinees toptalentje. Jan Olde Riekerink (ex-Gent) is er aangesteld als hoofd jeugdopleidingen om de jeugdwerking van de grond te krijgen.

Commercieel potentieel
De Chinese markt beschikt over een gigantisch commercieel potentieel. Dat is de hoofdreden waarom veel Europese clubs interesse tonen in het land. Tal van clubs hebben er samenwerkingsakkoorden. Real Madrid en Ajax met Bejing Gu’on, het Franse Le Mans met Liaoning en Atletico Madrid met de nieuwe club van Anelka en Drogba Shangai Shensua . Everton is via zijn sponsor Kejian al langer actief op de Chinese markt. Het trok zo onder andere Li Tie aan in 2002. In zijn eerste seizoen kwam Tie nog in 29 wedstrijden in actie, maar in de daaropvolgende drie seizoenen werden zijn optredens in de Premier League beperkt tot vijf wedstrijden. In 2006 trok hij naar Sheffield United. Hier zou hij geen enkele competitiewedstrijd spelen. Commercieel gezien was de transfer van Li Tie naar Everton een voltreffer. In zijn eerste seizoen was zijn shirt het meest verkochte in de fanshop.

Wat brengt de toekomst?
In een periode waarin zelfs de grootste voetbalclubs in Europa niet langer in staat zijn moeiteloos tientallen miljoenen euro’s te spenderen- vanwege de economische situatie waarin het westen verzeild is geraakt- zijn de opkomende economieën wel in staat om serieus te investeren. Wil China een groot voetballand worden - én daar lijkt het wel op – zal het land een sportcultuur moeten ontwikkelen. Het land heeft dat nu nog niet, maar de regering is zich ervan bewust dat patriotisme wordt aangewakkerd door sportieve successen. De topsportmentaliteit, die er nu nog niet is in China, zal gekweekt moeten worden. Ouders moeten trots worden dat hun kind een stervoetballer is en geen hoge ambtenaar. China heeft met hordenloper Liu Xiang bijvoorbeeld wel een steratleet, op die eerste topvoetballer is het nog altijd wachten. Wil het land die ontwikkeling doormaken, zal het eerst buitenlanders met knowhow (buitenlandse trainers) en sterpotentieel (Anelka) dat aanspreekt bij het volk moeten aantrekken. Als de sportieve tak in China hierin slaagt en er bovendien een smak geld tegenaan gooit, lijkt niets de Chinese competitie in de weg te staan om de grootste van Azië te worden en wellicht nog wel meer.

De bovenstaande blog is geschreven door Bob Faesen (@BFaesen) en in samenwerking met ExtraSport gepubliceerd. ExtraSport.be brengt eigenzinnig sportnieuws geschreven door young-drive journalists.