De afgelopen jaren lijken er meer helden van hun voetstuk gevallen te zijn dan er zijn opgehesen. De rij lege sokkels is lang: na Lance Armstrong, Marion Jones en Joe Paterno volgt wellicht Oscar Pistorius. Atleten die groter leken dan gewone mensen, als halfgoden afgeschilderd door hun management, media en sponsors. De aandacht voor hun val duidt op het einde van het extreme creëren en vereren van helden. Sporters worden weer mensen.
Icarus en de zon
Vallende helden maken de verhalen van de sporters alleen maar nog mooier. Daar geldt een beperking voor: ze dienen hun pieken en dalen te ervaren op het sportveld. Niet erbuiten. De sporters die het hardst zijn gevallen overstegen hun sport en werden een held buiten de lijnen van het veld. Ze waren de eersten, vaak taboe doorbrekend, die tot de top van de Olympus reikten. Hun verhalen waren zo perfect: te mooi om waar te zijn. Atleten zijn helden en krijgen aandacht behorend bij helden, maar het zijn geen (half)goden. Die bestaan alleen in mythes. Atleten zijn ondanks hun geweldige prestaties mensen, net als jij en ik. En als mensen net als Icarus te hoog proberen te vliegen en te dicht bij de zon komen, dan volgt onherroepelijk de val.
De godin van de overwinning en de winst
Een andere overeenkomst die veel van deze atleten hadden is dat ze een thuis vonden bij het bedrijf dat helden creëren tot haar expertise heeft gemaakt: Nike. Het bedrijf uit Beaverton is zelfs vernoemd naar een godin, die van de overwinning. Nike heeft een feilloos gevoel voor een goed verhaal. En heeft zich de afgelopen 29 jaar (sinds Michael Jordan in 1984) gespecialiseerd in het omvormen van superbe atleten tot iconen. Daar had Nike baat bij, het is inmiddels het grootste sport- en kledingbedrijf ter wereld met een omzet van 24 miljard dollar. Daar hadden de atleten baat bij, Michael Jordan verdient op zijn 50e nog steeds een geschatte 80 miljoen dollar per jaar.
Het huwelijk van sport en media
Sport is altijd het lievelingetje geweest van de media. Vooral vanwege de heroïek. Veel media gingen sportwedstrijden organiseren om meer nieuws te kunnen verkopen, denk aan de Tour de France. De helden van begin vorige eeuw konden ook mythische eigenschappen toegedicht worden. Er waren beperkt mensen aanwezig bij de heldendaden. De journalisten tikten de kolommen vol of spraken de volzinnen uit op de radio. De media maakten het nieuws en daarmee ook de helden. De opkomst van de TV in de tweede helft van de vorige eeuw versnelde dit proces alleen maar. Sport werd vermaak. Of zoals Bob van Oosterhout het verwoordt: “moderne topsport = entertainment”.
Moderne topsport = entertainment en dus een uitgebalanceerd én gelijkwaardig samenspel tussen sport, fans, media en merken! Niks kip-ei dus.
— Bob van Oosterhout(@Bovano) 16 februari 2013
Einde van een tijdperk
Sport was bij haar (weder)geboorte geen entertainment. Klassieke sport draaide om: gelijke kansen door duidelijke regels (letterlijk en figuurlijk een gelijk speelveld), kwantificatie van de prestaties en de zucht naar de overwinning. Naast de harde regels waren er zachte waarden van “sportmanship”, waar Vincent Pijpers hier aan appelleert. Een speelveld voor 22 mensen, overzichtelijk en behapbaar. Een op een contact en lokale verankering als de basis.
Een zeer gedateerd speelveld weliswaar. Maar met de opkomst van social media lijkt de eenzijdige manier van helden creëren voorbij. Helden op social media blijken mensen, geen halfgoden. Ze zijn niet perfect. En hebben weer direct contact met de mensen die hun prestaties zo waarderen. In de social media doen originele en authentieke mensen het beter dan gemythificeerde mensen.
Iedereen een held?
Er is een kentering zichtbaar. Nike portretteerde bij de vorige Olympische Spelen nadrukkelijk de gewone sporter als held. Individuele amateursporters krijgen steeds meer podia om een held te zijn: Runkeeper post je resultaten op Twitter en Facebook en de Rotterdam Marathon zet al zijn finishers in het zonnetje op zijn website.
Betekent dit dat de maken van helden voorbij is? Voorlopig nog lang niet. Nike investeert naar verluidt 200 miljoen dollar in de ideale schoonzoon Rory McIllroy. Usain Bolt maakt een tour langs de voetbal- en basketballvelden. En Wiggo kreeg, zeker in het Verenigd Koninkrijk, meer aandacht dan Armstrong. We zien met zijn allen gewoon erg graag helden. Maar de extreme mythificatie van de jaren 80 en 90 is voorbij. De nieuwe held is menselijk, authentiek en benaderbaar.
Foto's: Flickr (CC) danielhedrick - Tedblog - @London2012