"Eerlijk is eerlijk, iedere sportbond wordt ermee geholpen: hoogtijdagen van een medailleregen, Europese- of wereldtitel en een toernooiwinst. Mits het behaalde succes van deze sporter of sportster óók nog wordt opgepikt in de landelijke en liever nog mondiale media. Als dan de atleet in kwestie zelf charismatisch en populair is, zijn of haar bereik groot is en beschikt over een ‘leuke kop en vlotte babbel’, geeft dit nog een duwtje in de juiste richting. Golf en in het bijzonder vrouwengolf heeft daar absoluut dringend behoefte aan, maar ik ben allereerst benieuwd in hoeverre men bekend is met de Nederlandse golfsters Anne van Dam en Dewi Weber.

Met name Van Dam gooit op dit moment hoge ogen en timmert hard aan de weg om Nederlands beste golfster Christel Boeljon te gaan evenaren. Maar de hamvraag is; leidt topsportsucces ook direct tot een ‘Anne-van-Dam-effect’ of heeft de sport meer baat bij een ‘Eefje-Kievits-effect’?

'Finest swing in golf'

Om mee te beginnen, even wat huiswerk. Het Nederlands vrouwengolf kent op dit moment twee golfsters die als playing professional actief zijn in Amerika. Dewi Weber (23 jaar) verruilde in maart 2019 haar amateurstatus voor een professionele carrière en werkt onder begeleiding van Golf Team Holland aan een Amerikaanse tourkaart voor 2020. Anne van Dam maakte deze stap al toen zij 19 jaar was. Zij is met haar 24 jaar zeer succesvol op de Ladies European Tour (LET) en schreef inmiddels vier overwinningen op haar naam.

Sinds 2019 is zij ook actief op het allerhoogste niveau, de Ladies PGA Tour (LPGA). Anne was in haar eerste Amerikaanse toernooi van 2019 onderwerp van gesprek. Hoewel zij ‘the cut’ niet haalde (in golf mogen we cut zeggen), viel zij wederom op vanwege haar ‘one of the finest swings in golf’. Waar zij eerder al viral ging met een filmpje en daarmee te gast was in het populaire ‘Golf Channel’, bleef ook nu haar swing niet onopgemerkt.

Het ziet ernaar uit dat de dames in het Amerikaanse circuit een significante groei gaan doormaken en zichzelf in de schijnwerpers gaan spelen. Hoe sponsors hierop gaan reageren, zal de komende seizoenen gaan blijken. Deelname aan de Olympische Spelen in Tokyo zal voor Anne binnen handbereik zijn, evenals deelname aan de Solheim Cup (de vrouwenvariant van de Ryder Cup, Team Europe tegen Team US die iedere twee jaar wordt gespeeld).

Voor het golf zal het mooi zijn om het olympisch golftoernooi als ‘mixed foursome’ neer te zetten - dus Joost Luiten en Anne van Dam spelen samen - in tegenstelling tot hetzelfde format als wat zij iedere week spelen. In die hoedanigheid zal voor zowel de kijker als de speler aantrekkelijker zijn.

Goed voorbeeld doet golfen

Terug naar zondag 11 september 2016. Nederlands beste golfer Joost Luiten pakt de winst in het KLM Open, live te volgen bij Studio Sport. Op maandag 12 september stond de telefoon roodgloeiend bij de Koninklijke Nederlandse Golf Federatie (NGF). “Mooi hè, de overwinning van Joost, het begint gelijk te kriebelen, ik kan mijn NGF-pasje niet vinden, kan ik een nieuwe aanvragen?” Om dit nu direct een ‘Joost-Luiten-effect’ te noemen, in lijn met het Ard-en-Keesie-, Dafne- of Oranje-Leeuwinnen-effect, is misschien wat overdreven, maar goed voorbeeld deed in dit geval (weer) golfen.

Over de Mythe van het trickle-down-effect werd al eerder geschreven en vooralsnog blijven de keiharde groeicijfers bij sportbonden als direct gevolg van topsportsucces in het midden. Was de sport niet al populair en aan het groeien vóór die Europese titel? En is er écht een meisje aan te wijzen dat gestart is met atletiek vanwege de prestatie van Dafne, of is de directe omgeving zoals familie en kennissen een veel belangrijkere influencer?

Alle golfers in een trechter

Dat een gezonde onderlaag in de breedtesport het belangrijkste fundament is voor een goed talent- en topsportbeleid, staat buiten kijf en is een open deur te noemen. In Nederland zijn 376.679 geregistreerde golfers, die gieten we denkbeeldig in de trechter, met z'n allen, het is immers een individuele doch sociale sport. De vrouwen zijn hier ruim in de minderheid met slechts 123.317. Naarmate de trechter smaller wordt, blijft er aan de onderkant 0,11% over die jonger is dan 30 jaar én een lagere handicap heeft dan 4.9 (Bron: Jaarrapportage 2018 - Koninklijke Nederlandse Golf Federatie - peildatum 01-01-2019)

Statistisch gezien zou de intrinsieke motivatie en ambitie van een speelster of speler, om door te kunnen groeien naar de top, al moeten zijn ontstaan vóór het 20e levensjaar. De percentages in die leeftijds- en handicapcategorie zijn zeer dun te noemen en daarmee moeten we ons als golfwereld niet blindstaren op het succes of slagen van een of twee individuele spelers.

Van een golfer, komt een golfer

Met het slagersmes een klap op de hamvraag; de winst voor een gezonde breedtesport zit hem bij golf voornamelijk in de directe omgeving van de golfer zelf. Niet onbekend in marketingland: 84 procent van de consumenten ziet aanbevelingen van familie en vrienden als invloedrijk en betrouwbaar, zowel in positieve als negatieve ervaringen. Dus, stel je voor: Als iedere mannelijke golfer nou eens zijn vrouw of vriendin meeneemt in plaats van weer een zakenrelatie of dezelfde vrienden als vorige week. Gewoon quality time samen, even geen groepsdruk van de mannen of ‘handicap gedoe’, gewoon lekker golfen en je vrouw enthousiast maken.

Als iedere golfende vrouw dan de vrijdagmiddagborrel op een mooie zomeravond verplaatst naar de golfbaan en een beginnerslesje boekt met de meiden, en als we er toch zijn, de kids kunnen in een klasje ernaast. Dan zijn we met zijn allen al lekker aan het ‘influencen’. Het is mij in de afgelopen drie jaar al bij zeker 10 mensen in de directe omgeving gelukt, een heus ‘Eefje-Kievits-effect’."

Headerfoto: Flickr / LET / Tristan Jones