In mijn vorige blogs (deel 1 en deel 2) heb ik redenen genoemd waarom Nederlandse voetbalclubs niet meer meetellen in Europa. Nu deel 3 waarbij ik voorzetten geef om te komen tot oplossingen. Doel van mijn blog is om een discussie op gang te krijgen waarbij uiteindelijk de beste voorzetten worden ingekopt of -geschoten!
Vorige week bracht FIFA-president Blatter de 6+5 regel weer onder de aandacht. Deze regel waarbij het plan is om elke professionele voetbalclub te verplichten minstens zes spelers uit eigen land op te stellen, kreeg al in 2008 steun van het FIFA-congres, maar is tot op heden niet ingevoerd vanwege juridische problemen. Volgens de Europese wetgeving is het verboden te discrimineren tussen werknemers uit eigen land en buitenlandse arbeidskrachten. Volgens Blatter is het nog niet te laat om de invoering van de 6+5 regel te herbekijken. Het Nederlandse voetbal zou hier erg bij gebaat zijn. Nog steeds hebben we florerende jeugdopleidingen en door het aantal buitenlanders op het veld te maximeren zullen de concurrentieverhoudingen minder scheef worden. Al te serieus moeten we de hernieuwde aandacht niet nemen. De heer Blatter is naar mijn mening vooral bezig om zieltjes te winnen nu Platini flink aan de deur klopt richting de FIFA-president verkiezingen in mei 2015.
Op de 6+5 regel hoeven we dus niet te rekenen. Gaat het in 2009 gepresenteerde Financial Fair Play (FFP) van de UEFA ons land dan verder helpen? Ik ben bang van niet. De UEFA doet het rustig aan getuige de woorden van Platini. Hij wil blijkbaar vriendjes blijven met de grote clubs die al jarenlang de Champions League domineren en feitelijk het beleid bepalen in Europa. Ook Platini is bezig met de verkiezingen in mei 2015. Waar hij gaat voor de steun van de grote landen, kiest Blatter ervoor om de kleinere landen in Europa en de rest van de wereld voor zich te winnen. En dat de heren hun PR-campagne op elkaar afstemmen, blijkt wel uit het feit dat bovengenoemd nieuws van Blatter één dag na dat van Platini naar buiten werd gebracht. En dat was niet voor het eerst!
Als de UEFA het Europese clubvoetbal echt competitiever wil maken, zal zij andere maatregelen moeten overwegen zoals het verkleinen van het financiële gat tussen Champions League en Europa League en de introductie van elementen uit het Amerikaanse franchisesysteem, zoals een ‘draft’, waarbij de minst presterende teams uit het voorgaande seizoen als eerste de mogelijkheid krijgen een speler uit de nieuwe lichting te contracteren.
Ik hoop daarnaast dat volgend jaar de positie van UEFA-president vrij komt. Mijn hoop is gevestigd op Michael van Praag. Deze topbestuurder is al een aantal jaren lid van het Uitvoerend Comité van de UEFA. Van Praag is al jarenlang voorvechter van het dichten van de steeds groter wordende kloof tussen de top en de rest van het Europese voetbal. Hij is de man die het Nederlandse clubvoetbal indirect weer op de kaart kan zetten.
Bovenstaande zaken hebben we zelf niet in de hand. Daarom wil ik hierbij een idee uit 1996 weer uit de kast halen. Destijds had Michel Verschueren, op dat moment manager bij Anderlecht, een droom. Een droom waarbij Belgische en Nederlandse topclubs in een gezamenlijke competitie spelen: de BeNe Liga. Diverse keren is deze optie de afgelopen 18 jaar besproken. Alle kopstukken uit België en Nederland zijn het er al lang over eens dat de BeNe Liga de beste oplossing is om de concurrentiekracht te kunnen vergroten. Door de marktvergroting zullen er o.a. meer sponsor- en TV-gelden kunnen worden gegenereerd. Alleen zal de UEFA toestemming moeten verlenen voor deze grensoverschrijdende competitie. Eerder deden ze dat al bij het damesvoetbal. De BeNe League voor vrouwen is bezig aan haar tweede seizoen. Deze competitie zal goed moeten worden geëvalueerd. Er valt hier genoeg uit te leren voor de mannentak al kunnen de competities absoluut niet één op één met elkaar vergeleken worden. Dat de BeNe League voor vrouwen nog niet het succes is waarop werd gehoopt, heeft in mijn ogen geen voorspellende waarde richting een BeNe Liga voor mannen.
Ik roep de clubs uit België en Nederland en de KNVB en KBVB op om de handen ineen te slaan en op korte termijn om tafel te gaan. Maak één vuist en ga met een dichtgetimmerd plan naar de UEFA. Buiten de BeNe Liga zouden onze clubs sowieso meer gezamenlijk moeten optrekken. Het is al vaker gebleken dat we als klein land inventief genoeg zijn om wegen te vinden voor groei. We moeten ook niet vies zijn van externe geldschieters. Voor hen is Nederland gelukkig nog steeds een aantrekkelijk land om te investeren. De KNVB zal hierin ook meer moeten meedenken door haar licentiesysteem op een aantal punten te versoepelen. Ook voor hen is het van groot belang dat de Nederlandse clubs weer gaan meetellen in Europa. En daar heb je als club een begroting voor nodig van € 120 miljoen of meer. Het is voor mij helder dat een substantieel deel van deze begroting moet worden aangewend voor de jeugdopleiding. Hier kunnen we nog concurreren met buitenlandse clubs.
Hopelijk dat jonge talentvolle Nederlandse voetballers in dit kader gaan inzien dat ze pas na 3 of 4 seizoenen Eredivisie de stap naar het buitenland moeten maken om echt de Europese top te bereiken. Van Persie en Robben zijn goede voorbeelden in dit kader. Goede begeleiding hierbij is essentieel. Elk groot talent zou met professionals moeten werken die de ontwikkeling van dat talent centraal stellen. En niet hun eigen financieel gewin. Clubs zouden nog veel meer dan nu met individuele begeleiding moeten werken waarbij spelers al op jonge leeftijd worden voorbereid op een leven als profvoetballer. Nederland staat bekend om haar innovatie. Zorg dat je hierin ook voorop loopt in het voetbal en talenten zaken biedt die ze elders niet kunnen krijgen. Met als uiteindelijke doel om die talenten beter te maken.
Al met al ben ik niet erg positief gesteld over onze kansen de komende jaren. Maar hoop doet leven. En niets doen is geen optie. Clubs, KNVB en KBVB: het is aan jullie om de handschoen op te pakken. Ik help graag mee!
