Alweer voor het negende jaar presenteert SPORTNEXT de sporttrends voor het komende jaar. Voor 2019 voorspel ik deze vijf sporttrends: 1) Sportwereld van iedereen 2) Gevecht om de data 3) Digitaal bewegen 4) Food meets sport 5) Original sports content.
Negen jaar sporttrends; dat zijn er 45 tot nu toe. Zo voorspelden we de opkomst van yoga, de smartwatches, de ebikes die de wereld zouden overspoelen en urban sports. Sommige trends, zoals ‘buiten is het nieuwe binnen’ (uit 2012) doen nog steeds opgeld. Lees daarom gerust de voorgangers van deze blogpost of kijk direct met me mee naar 2019.
Video: De sporttrends voor 2019 van Gijsbregt Brouwer (tekst gaat verder onder de video)
'Iedereen is van de wereld en de wereld is van iedereen', zong The Scene al lang geleden. Dat is helaas een utopie en zeker in de sportwereld werden er veel mensen (bewust en onbewust) buitengesloten. 2019 wordt het jaar dat hier grote veranderingen in komen. Met kleine aanpassingen of bewustwording kan iedereen die wil sporten ook echt sporten. Inclusief denken betekent geen hokjes, maar goede voorbeelden zijn belangrijk.
Zo komen er steeds meer programma’s of sporten op maat voor ouderen. Denk hierbij aan wandelvoetbal. Ook wordt steeds meer inclusief gedacht als het gaat om mensen met een handicap. De toegang tot sport - ook voor mensen met een kleinere portemonnee - krijgt aandacht, zowel vanuit de gemeentelijke opdracht als vanuit goede doelen. Met het deelakkoord 'inclusief sporten' uit het Sportakkoord geeft de sportwereld in Nederland als geheel geeft aan niemand te willen buitensluiten: "…sporten en bewegen vanzelfsprekend zou moeten zijn, ongehinderd door leeftijd, lichamelijke of geestelijke gezondheid, etnische achtergrond, seksuele geaardheid of sociale positie."
Sport zal dit jaar steeds meer een voorbeeldfunctie vervullen om te laten zien hoe een gelijkwaardige wereld eruitziet. Daarnaast biedt vooral topsport ook een perfect podium om deze inclusiviteit af te dwingen. Zoals we nu zien in de Verenigde Staten waar Nike een nieuwe Nelson Mandela herkent in Colin Kaepernick.
Sport draait om data, zowel op amateurniveau als bij de elite genereert elke atleet datapunten. Organisatoren van sport (bonden, evenementen, clubs) verzamelen deze data en maken deze te gelde. In 2011 schreef ik een blog op SPORTNEXT waarin ik me afvroeg hoe ik aan deze data kon komen, het zijn immers mijn data.
Het is 2019 en hierin is nog steeds weinig veranderd. Enerzijds lijken je eigen gegevens dichterbij doordat je zelf verzamelt met je smartwatch of smartphone, maar nu liggen ze bij appboeren als Strava of schoenenverkopers als Nike of Asics. Aan de andere kant zien we dat de geur van geld die om data heen hangt nieuwe ondernemers aantrekt die denken een slaatje te kunnen slaan uit deze sportdata.
Maar de consument, de media en de belangenbehartigers van de atleten worden wakker. Uitzendingen van RADAR en Nieuwsuur over onder meer de KNVB en KNLTB laten zien dat niet alles met data van leden zomaar kan. De nieuwe AVG (GDPR) biedt de overheid en het individu in Europa ook echt een instrument om deze handel aan te pakken.
In de pro-sport merk je dat atleten ook wakker zijn geworden. Zo zal de NFLPA (de vakbond van de spelers van NFL) de data die atleten genereren meenemen in de onderhandelingen met de NFL.
SPORTNEXT schrijft al bijna tien jaar over hoe offline en online verbonden worden in de sport. De richting tot dusver was altijd van offline naar online: snelheid meten en opslaan met je smartwatch, 'echte' sporten vangen in een game, wedstrijden uitzenden via het internet of de spanning van een wedstrijd delen via social media.
Inmiddels zien we dat ook typische online elementen (zoals gamen) een offline sportbehandeling krijgen (zoals publiek dat live meekijkt met gamen). De voorloper daarin is esports, waarvan je je met recht kunt afvragen of dit nu sport is. Een van de belangrijkste bezwaren tegen het benoemen van esport als sport is het gebrek aan fysieke inspanning van de esporter. Plat gezegd: 'je komt nog steeds niet van de bank of om te bewegen'.
Daarin komt nu verandering. Typische mobiele platforms ontwikkelen offline evenementen of clubs om te komen tot meer sporten. We zien de slimme gymvloer waarmee de gymzaal verandert in gigantisch scherm waarop gegamet (en bewogen) kan worden. We zien nieuwe leagues die onder meer Zwift opzet om fietsers op hometrainers te verbinden en fanatieker te laten sporten. We zien de opvolger van Nintendo Wii, waarbij 'full body gaming' de inspanning van sport combineert met de elementen van gaming.
Afsluitend en wellicht anekdotisch, we zien zelfs een versie van Angry Birds waarin je zelf moet bewegen om te kunnen spelen.
Sport en voeding horen bij elkaar als noren en ijs. Goed eten en veel bewegen houden je gezond en verhogen de kans op lang leven en langer in goede gezondheid leven. Toch waren sport en voeding meestal verbonden op een manier waarop het eten vooral afbreuk deed aan het sporten (de derde helft in de kantine) of sporten als legitimatie werd gebruikt voor ongezond gedrag (sponsoring door grote frisdrankenmerken, chipsmerken of fastfoodketens). Maar de wereld verandert en de kennis van gezondheid en voeding neemt toe over de hele linie.
Dat betekent dat de sportsponsors een kans zien om deze nieuwe doelgroep met eigen content en vaak zelfs met eigen (gezonde) producten te bereiken. Die producten lijken tot dusver vooral uit de schaatshoek te komen in Nederland: de slimme kauwgom van Mark Tuitert, de vegan repen van Bart Veldkamp en recent de supplementen van Jac Orie.
Bedrijven die de (zo belangrijke) brug tussen sport en voeding slaan, zijn onder meer Jumbo (dat recent ook Smulweb kocht om meer food content in huis te halen) en Rabobank dat met Koek en Zopie 2050 zich inzet voor gezond(er) en toekomstbewust eten langs het ijs. Eerder deed de bank al hetzelfde door verenigingen te ondersteunen met het gezonder en duurzamer maken van hun kantines.
De digitalisering van sport heeft ervoor gezorgd dat we overal kunnen sporten en eigenlijk ook altijd. Smartwatches coachen je (een beetje tenminste), smart wear zorgt dat je 's nachts ook goed zichtbaar bent. Apps als Onefit en Sportany zorgen ervoor dat je overal kan binnenlopen om te sporten. Sportscholen, gymzalen en sportclubs zijn steeds langer open. Het aantal studio’s, gyms en boxen groeit nog elke week. Sinds de 'buiten is het nieuwe binnen' trend is elke plek in de stad of bos een geschikte locatie om je endorfines los te laten. Je kunt sport kijken via je mobieltje, via social media, via je smart TV, via Amazon, via de kabel en via de website van de club. Elke club of evenement heeft een (social) media team en maakt vele uitingen per dag.
Dat enorme aanbod is een zegen maar ook een vloek, want hoe maak nog het verschil in de sport?
De richting die we in 2019 steeds meer gaan zien is 'original content'. Alle sportmarketeers kijken naar Netflix en wat daar werkt. De eigen series en films lopen daar als een trein, mede omdat ze zo onderscheidend zijn en ondanks het enorme keuzeaanbod. De sport gaat volgen.
Waar de programma’s, interviews, highlights, GIFs en persconferenties van alle sportclubs en evenementen er nu nog precies hetzelfde uitzien - soms bijna letterlijk door het gebruik van dezelfde templates of door kopieergedrag -, gaan we komend jaar merken dat er meer originaliteit en creativiteit wordt ingezet. Een eigen stijl van interviewen, kookprogramma’s met topsporters, animaties om het team voor te stellen en eigen smoelwerk voor de producties achter de schermen.
Deze originaliteit komt ook terug bij de aanbieders van actief sporten: Onefit opent zijn eigen popup studio en Zwift (daar zijn ze weer) zijn eigen competitie. Maar denk ook aan instructeurs die hun eigen lessen maken (en niet meer inkopen) en exclusieve deals voor muziek bij groepsfitness.
Headerfoto: Twitter@Mackworthroadru