In Women's Next schrijven Suuz Amijs en Anouk Dijkhoff over zaken die hun opvallen in de vrouwensport. Welke ontwikkelingen vinden er plaats en welke trends zijn waarneembaar? Suuz en Anouk praten je helemaal bij!

Vrouwenvoetbal is nog steeds een jonge sport en nee, we kunnen het niet vergelijken met de mannen. Qua spel niet, qua organisatie niet en zelfs qua enthousiasme niet. Maar weet je wat? Dat hoeft ook niet. Want ook al staan we niet met z'n allen in een kroeg of op een plein volledig in het oranje de vrouwen aan te moedigen; de stadions in Frankrijk zitten vol en niemand in de speelsteden kan om de kleur oranje heen. De beelden van volle Fanzones en Fanwalks gaan ‘van links naar rechts’ de wereld over.

Miljoenen mensen zitten voor de televisie en ook de commercie springt er bovenop. Alleen maar succes dus. Maar tot mijn grote verbazing, of ergens ook weer niet - want we zijn nu eenmaal Nederlanders - zijn er toch weer veel mensen die klagen. Het spel is niet goed, er zijn geen vrouwelijke commentatoren en waarom krijgt het voetbal weer alle aandacht in plaats van andere sporten? Het is ook nooit goed, hoewel ik de frustratie over dat laatste punt best wel begrijp.

Iedere sporter (en liefhebber) is immers het meest fan van zijn of haar sport en wil die sport kunnen zien en volgen. Maar Nederland is nou eenmaal een voetballand. Hoe groot we ook zijn in schaatsen, wielrennen, zwemmen of zelfs darten; voetbal blijft volkssport nummer één en krijgt de meeste aandacht. De kijkcijfers, steun van de grootste sportbond van Nederland en grote sponsoren; het moet enorm jaloersmakend zijn voor andere sporten.

Jaloezie

Want ik snap het hoor. Het is niet leuk als je om je heen dingen ziet gebeuren die jij het liefst ook in je eigen sport wil terugzien. Maar jaloezie is een gezonde emotie die je om kunt zetten in iets positiefs. In plaats van te klagen en bij de pakken neerzitten kun je het ook simpelweg accepteren en je blik richten op de enorme mogelijkheden die je als bond tegenwoordig hebt.

Neem KPN: zij komen samen met OnsOranje tijdens het WK met de YouTube serie ‘Leeuwinnentalk’ die zich volledig richt op de doelgroep; de jonge voetbalfans. Zij willen namelijk geen moeilijke analyses, maar alles weten van de speelsters; wat ze eten, waar ze naar luisteren, wat ze doen buiten het voetbal enzovoort.

Extra slim om daar een aantal populaire influencers en artiesten bij te betrekken om zo het online bereik nog verder te vergroten. De kijkcijfers liegen er niet om; iedere aflevering scoort rond de 100.000 views. Dat is natuurlijk makkelijker te bereiken tijdens een groot toernooi, maar die zijn er bijna wekelijks. Zo vinden deze week onder andere het WK beachvolleybal en het EK softbal plaats. TeamNL caravan mee naar Polen, Tsjechië en Hamburg en draaien maar.

Talent

Nog een voordeel overigens van alle content die we nu zien rond de OranjeLeeuwinnen; het levert een hoop nieuw presentatie talent op. Niet alleen op televisie met de vrouwelijke analisten bij Studio France, maar ook online. Wat dacht je van Tessa Veldhuis, Diana Kuip en Samantha van Wijk (over Women’s Next gesproken)?

Even terug naar het voorbeeld van KPN en de OranjeLeeuwinnen. Want ik hoor je al denken; zo’n sponsor als KPN hebben we niet. Maar: iedereen heeft een telefoon en iedereen kan gratis een YouTube-account aanmaken. Ook een video-bewerkingsprogramma zoals iMovie is helemaal gratis. Dus niks staat jou in de weg om leuke content te maken, op YouTube te zetten en te delen via Instagram. Je hebt maar 100 kijkers? Misschien zitten er tussen die 100 een aantal die twijfelen welke sport ze moeten kiezen en nu overtuigd worden. Of misschien is één van die 100 sponsormanager van een merk dat interesse heeft in jouw sport en op deze manier enthousiast wordt.

Waar binnen menig branche alleen nog maar online wordt gecommuniceerd, blijft sport daar wat mij betreft nog steeds in achter. De sportfan houdt nog wat meer vast aan traditionele media, maar ook de sportbonden en bureaus richten zich daarop. En daar gaat het wat mij betreft mis. In een eerder blog besprak ik al de mogelijkheden die er zijn voor sporters en atleten op dit gebied. Hier kwamen reacties op als: 'maar wij zijn topsporters en hebben geen tijd (en zin) om ons op iets anders te focussen dan dat'. Of 'onze sport wordt niet op televisie uitgezonden dus zijn we minder interessant'. Allemaal begrijpelijk! Niet dat ik het er mee eens ben, maar begrijpen vanuit het standpunt van de topsporter doe ik het.

TeamNL TV

Wat mij betreft is hier dan ook een mooie rol weggelegd voor TeamNL om alle bonden te helpen hun sport in beeld te krijgen. Al vind ik dat ze het qua content op social media en teamnl.org al heel goed doen, op videogebied valt nog winst veel te behalen. Het YouTube-kanaal heeft de laatste weken twee video’s geüpload en die van daarvoor zijn alweer van acht maanden of langer geleden. De European Games waren een mooie aanleiding geweest voor een dagelijkse online uitzending van TeamNL TV. Interviews met sporters en staf, de overwinningen maar ook het verlies, een kijkje achter de schermen en een kijkje in de stad. Tal van onderwerpen die de moeite zijn om in beeld te brengen én om als sportfan naar te kijken.

Als je ziet hoeveel sportliefhebbers er in Nederland zijn, dan kan dat aantal van 1.798 abonnees op het huidige YouTube-kanaal uitgroeien naar een aantal met minimaal 5 nullen. Niet dat er nu geen video’s worden gemaakt, maar ik vraag me alleen af hoe groot het bereik hiervoor is en of de gemiddelde sportfan hiervan op de hoogte is. De video’s op de website zijn ook niet deelbaar op Instagram. Kleine tip voor de online afdeling van TeamNL.

Kijk dus naar wat je als bond, team, club of individuele sporter kan doen om zelf je content te maken en te delen. Heb je marketingbudget? Maak geld vrij om content te maken én te delen. Contentmakers en videoproducers zijn de marketeers van de toekomst. De wedstrijden kijken we voorlopig, waar mogelijk, nog op tv. Maar de verhalen eromheen en de eerste reacties van sporters; daarvoor scrollen we door onze tijdlijn. Zorg dat je daar verschijnt.