Eind oktober 2021 zag de eerste branchevereniging voor esports in Nederland het levenslicht. De organisatie is het aanspreekpunt voor onder meer NOC*NSF. Maar de branchevereniging geeft ook vorm aan de doelstelling om Nederland tot de top tien van esportslanden te laten behoren en om gaming breed geaccepteerd te krijgen. Voorzitter Willem Noordzij geeft tekst en uitleg over de ambities en doelen.
De interesse in esports nam zo rond 2016 snel toe in Nederland. De eerste grote toernooien, zoals de Europese League of Legends competitie - de LCS in Ahoy - vonden plaats en de eDivisie werd opgericht door de Eredivisie CV. Daarna ging het snel. Rotterdam ontpopte zich als esportshoofdstad van ons land en organiseert jaarlijks onder meer Dreamhack. Esports kreeg meer aandacht in de media en ook de interesse vanuit het bedrijfsleven nam toe.
In oktober jongstleden vond een nieuw historisch moment plaats.
Na eerdere pogingen daartoe wist de esportsbranche eindelijk tot de door
NOC*NSF zo gewenste eenheid te komen. Een initiatiefgroep van esportskopstukken
schreef het afgelopen jaar samen met Willem La Rivière, directeur van de
biljartbond, een ‘werkdocument’ met bestuurlijke en sportieve uitgangspunten en
op 26 oktober jongstleden werd het eerste bestuur van de Branchevereniging
Esports Nederland (BEN) gekozen. Voorzitter: Willem Noordzij, onder meer oprichter van House of Esports.
Noordzij: “Het initiatief van de branchevereniging wordt ondersteund door NOC*NSF dat, met het oog op een eventuele olympische status van esports, behoefte heeft aan één aanspreekpunt in Nederland. De branchevereniging neemt die rol op zich en is ook centraal aanspreekpunt richting het Ministerie van VWS, lokale en regionale overheden, koepelorganisaties en het bedrijfsleven. In verbinding met alle partijen in de branche willen we de sector versterken, met als doel Nederland een van de sterkste esportslanden ter wereld te laten worden.”
BEN is niet alleen in het leven geroepen om NOC*NSF te gerieven en aan de bestuurlijke voorwaarden te voldoen om esports toegang te geven tot de Olympische Spelen. “De esportswereld is zeer divers en kent vele facetten”, aldus Noordzij. “Aan de ene kant heb je esports als topsport: spelers in de diverse games die op hoog niveau trainen en wedstrijden en competities spelen. Daarnaast heb je gamen als breedtesport. Onze missie is ook om gaming geaccepteerd te krijgen in Nederland en de jeugd die esports en gaming als hobby en sport neemt, te faciliteren en ze de kans te geven om dat te doen.”
“Gaming op recreatief niveau en het bouwen van een sportpiramide of ecosysteem, zoals andere sporten die kennen, wordt een wezenlijk onderdeel van de branchevereniging. Net als gamification, het toepassen van ‘gamedenken’ en gametechnieken in niet-game-omgevingen. Dat is ook voorwaarde van NOC*NSF om als vereniging en belangenbehartiger erkend te worden.”
"In tegenstelling tot de reguliere sport kent esports nog geen centraal aanspreekpunt, geen onafhankelijke, internationale bond die competities organiseert"
Tot op heden is er, nationaal noch internationaal, sprake van veel structuur en organisatie in de esports- en gamingwereld. Noordzij: “In tegenstelling tot de reguliere sport kent esports nog geen centraal aanspreekpunt, geen onafhankelijke, internationale bond die competities organiseert. De sport is in handen van rechthebbenden. League of Legends is van Riot Games, Dota en CS:GO van Valve, FIFA van EA Sports. Bedrijven die hun competities en toernooien zijn begonnen om hun game te promoten en die nu, misschien wel tot hun eigen verbazing, merken dat esports ook buiten de esportsscene de allure van topsport heeft gekregen.”
“Deze uitgevers organiseren allemaal hun eigen toernooien en evenementen, en de belangrijkste games, League of Legends, Dota, CS:Go en FIFA, hebben grote, eigen community’s gekregen. De laatste jaren zijn daar nog de virtual sports bijgekomen, games gerelateerd aan fysieke sporten. Daar zijn er nu vijf van: zeilen, honkbal, fietsen, basketbal en motorsport. Deze virtual games zijn inmiddels door IOC goedgekeurd en voorgedragen als potentieel onderdeel op de Olympische Spelen.”
Noordzij vervolgt: “Het heeft veel moeite gekost om de community’s op één lijn te krijgen en ze enthousiast te maken voor een gezamenlijke branchevereniging. Omdat hun game toch niet olympisch wordt, hebben de spelers van League of Legends, Counter-Strike en Dota weinig te schaften met olympische erkenning. In discussies met hen hebben we erop gehamerd dat het ook onze missie is om esports breed geaccepteerd te krijgen. En dat we, als we door NOC*NSF als partner worden geaccepteerd, ook meer financiële middelen tot onze beschikking krijgen om de organisatie uit te bouwen en dat doel te realiseren. Mits we autoriteit en draagvlak hebben en kunnen aantonen wat onze toegevoegde waarde is.”
Headerfoto: Rotterdam Topsport
Dit artikel verscheen eerder in een andere versie in vakblad Sport & Strategie (editie 6-2021).