Hoewel de sponsoruitgaven op het gebied van sport in 2018 stegen naar 434 miljoen euro, een kleine groei met zo’n 1%, merken lang niet alle organisaties hier iets van. Er wordt door veel bedrijven vooral geïnvesteerd in grote evenementen, zoals de Grand Prix van Zandvoort, of wereldwijd bekende clubs als Ajax en PSV. Van Zanen-Nieberg, na Erica Terpstra pas de tweede vrouwelijke voorzitter in de ruim honderdjarige geschiedenis van NOC*NSF, ziet ook dat het makkelijker is om in een herkenbaar en concreet evenement te investeren dan sporters te helpen bij hun ontwikkeling of de breedtesport te ondersteunen.
“Ik erken het belang van evenementen en begrijp dat het aanlokkelijker is te investeren in kant-en-klare topsport dan in de weg ernaartoe. Anderzijds winnen evenementen aan succes en populariteit als er nationale toppers bij betrokken zijn. Bedrijven zijn er dus zelf ook bij gebaat om breder in de sport te investeren. Rabobank doet dat al. Dat kiest duidelijk voor de lokale sportvereniging. De topsporters zijn in dat geval mooie ambassadeurs, maar de focus ligt op sportparticipatie.”
“Daarbij komt: topsport inspireert, maar het volume zit in de participatie en uiteindelijk draait ook in het bedrijfsleven alles om volume. Nederland heeft zo’n duizend topsporters, maar 5- à 6 miljoen breedtesporters. In elk van die sporters schuilt een potentiële klant. Van die boodschap hoop ik het bedrijfsleven te overtuigen.”
